Mijn inbreng

De Kleine Ring heeft erom gevraagd. Een inbreng. Mijn inbreng. En ik geef ‘m u. Nochtans probeer ik mijn inbreng doorgaans te beperken, omdat ook ik vroeger in tienermagazines de noodkreten las van meisjes die zich met hartjes op de ‘i’ afvroegen of ze zwanger konden worden van het inbrengen van glazen flessen of een banaan. Met respectievelijk de dop erop en een plastic zakje errond.

Bij mij niets van dat. Wel schuif ik al eens een tampon in op regelmatige basis, alsook een mij lichaamsvreemd voorwerp dat eigen is aan de man. Door de band genomen volstaat dat, eventuele inbrenghulzen daargelaten.

Dus hierzie, mijn inbreng. Voor u en vóór gebruik, dat wel. Ik ben een deftig meisje. Wen daar al maar aan.

Nele

nelewildelen1